4. Personeelskosten

Kosten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben.

€ miljoen

2022

2021

Salarissen

315

305

Sociale lasten

39

39

Pensioenlasten

45

46

Inhuur van derden

131

135

Dotatie/vrijval personeelsgerelateerde voorzieningen

-2

1

Overige personeelskosten

31

22

Totaal

559

548

De ontwikkeling van het personeelsbestand in 2022 is als volgt:

2022

2021

Eigen personeel

4.794

4.772

Ingehuurd personeel met een tijdelijk dienstverband

1.031

1.099

Totaal FTE's per jaareinde

5.825

5.871

Het gemiddeld aantal FTE's bedraagt in 2022 5.848 (2021: 5.775). Vanwege de verkoop van Fudura B.V. heeft Enexis in 2022 afscheid genomen van 265 FTE. Er zijn geen medewerkers werkzaam buiten Nederland.

De personeelskosten stijgen met € 11 miljoen tot € 559 miljoen in 2022. Deze toename is het saldo van een € 15 miljoen stijging voor kosten voor eigen personeel en een daling voor extern personeel met € 4 miljoen.

De stijging in eigen personeelskosten ten opzichte van 2021 is het gevolg van de toename in FTE's, reguliere salarisverhogingen, een CAO stijging per 1 april 2022 van 2% en een eenmalige CAO-uitkering aan alle medewerkers in oktober 2022. 

De kosten voor inhuur van derden dalen met € 4 miljoen door minder inhuur van extern personeel, onder andere vanwege de verkoop van Fudura B.V. en minder ICT-verbeterprojecten in 2022.

Pensioenverplichtingen

De medewerkers van Enexis zijn voor de pensioenvoorziening aangesloten bij Stichting Pensioenfonds ABP. Eind 2022 was bij pensioenfonds ABP de dekkingsgraad 109,8% (eind 2021: 110,2%). Dit percentage ligt ruim boven de door de overheid (tijdelijk) vastgestelde ondergrens van 90%. 

De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de laatste 12 actuele dekkingsgraden. De overheid heeft op 1 juli 2022 de grens voor deze dekkingsgraad, waarop pensioenen verhoogd mogen worden, tijdelijk verlaagd van 110% naar 105%. Eind 2022 was de beleidsdekkingsgraad 118,6%. Het ABP heeft daarom besloten om de pensioenen per 1 januari 2023 met 11,96% te verhogen. 

In 2023 stijgt de premie voor het ouderdoms– en nabestaandenpensioen van 25,9% naar 27,9%. Hiervan betaalt de werkgever 19,53% en de werknemer 8,37%. Verder eindigt de VPL-regeling (voorwaardelijk pensioen) per 1 januari 2023. Hiervoor hoeft de werkgever geen premie meer te betalen.

Aangezien Enexis geen toegang heeft tot de benodigde specifieke informatie, worden deze regelingen behandeld als toegezegde-bijdrageregelingen en worden de verschuldigde pensioenpremies over het boekjaar verwerkt als pensioenlasten in de jaarrekening.